Een
raam
kan met rechte
roeden
een regelmatige
verdeling
krijgen, handig voor rechthoekige
ruiten.
Speelsere patronen met gebogen roeden vergen meer vakkundigheid van de glaszetter,
maar het resultaat is er dan ook naar.
Door de opkomst van
gietijzer
werd het gemakkelijker om
roedenpatronen
te maken, die met houten roeden niet sterk genoeg zouden zijn.
Een goed voorbeeld is het meestal gietijzeren
rondlicht
met een
rozet
als patroon.
Om een dergelijk rondlicht te openen, heb je weinig aan een
scharnier.
Daarom is dit soort ramen uitgevoerd als
tuimelraam.
De rondlichten met rozet werden zo populair, dat ze nog overal te vinden zijn in de
puntgevels
van
boerderijen
en
stallen.
Tekst: Jean Penders (12-2010). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders